Verspillingsvrije week: Met déze 8 tips verklein jij je ecologische voetafdruk!

De cijfers liegen er niet om: in Nederland verspillen we jaarlijks 2 miljard(!) kilo voedsel. Dat is niet alleen zonde, maar ook heel slecht voor ons milieu en klimaat. Sta jij er wel eens bij stil? De verspillingsvrije week (12 t/m 18 september) is een ideaal moment om na te denken hoe je thuis met voedsel omgaat. Een belangrijke eerste stap: wees je bewust van je ecologische voetafdruk. In andere woorden: de sporen die jij op het milieu achterlaat.

Wat is een ecologische voetafdruk eigenlijk?

Simpel gezegd is je ecologische voetafdruk (CO2-footprint) het stukje aarde dat jij nodig hebt om te kunnen leven. Het gaat dan over de impact van jouw levensstijl op het milieu en de aarde. Zoals je consumptiegedrag en afvalproductie. Hoe kleiner je footprint, hoe minder impact je op het milieu hebt. 

Pssst.... benieuwd naar jouw ecologische voetafdruk? Doe de test!

Tip 1: Bewuster eten en minder verspillen

Voedselverspilling is eigenlijk iets heel simpels, waarbij we als maatschappij veel kunnen bereiken als iedereen een beetje bewuster met voedsel omgaat. Door restjes op te eten. Of gewoon niet te veel te kopen. Vanaf het moment dat een product gemaakt wordt, heeft het al impact op het milieu. Van het zaaien en oogsten tot het verbouwen en vervoeren: nog voordat eten op je bord ligt, hebben producten een lange, vaak milieuonvriendelijke, weg afgelegd.

Tip 2: Eet biologisch en lokaal

De hamvraag is natuurlijk: hoe kan ik bijdragen aan minder voedselverspilling? Een deel van het landbouwtraject kun je besparen door biologisch en lokaal te eten. Het is duurder, dat klopt. Maar prijzen zijn alleen te beïnvloeden door met z’n allen meer biologisch te gaan consumeren. Boeren zijn vaak gedwongen om intensieve landbouw te doen, omdat ze er anders niet van rondkomen. Een eerlijke prijs voor boeren speelt dus ook mee in dit hele verhaal. Wist je dat Brunssum ook allerlei streekproducten heeft? Wij schreven eerder al een artikel van échte Brunssumse producten.

Pssst...met concrete voorbeelden helpen we je op weg! Alle stappen die je kunt besparen, leiden tot het kleiner worden van je ecologische voetafdruk. Kies je voor lokaal, dan verbruik je minder CO2-uitstoot. Besluit je om seizoensgebonden te eten, dan hoeven kassen niet verwarmd en verlicht te worden. En zo zijn er nog veel meer voorbeelden te noemen.

Tip 3: Ga voor flex en wordt flexitarier! 

Al eens gehoord van flexitarisch eten? Mensen die flexitarisch zijn, wisselen vlees eten af met vegetarisch eten. Steeds meer mensen doen het. Een gezonde balans als je het ons vraagt. We hoeven echt niet allemaal vegan te worden, maar door minder vlees te eten draag je ook bij. En wanneer je wel vlees eet, zorg dan dat je kwalitatief goed vlees koopt. Beter voor je gezondheid én beter voor het milieu.

Tip 4: Steek die groene vingers uit de mouwen: begin een moestuin

Of het nu gaat om een mini-moestuintje op het balkon of een enorme kas in de tuin: er gaat niets boven je eigen kruiden, groenten en/of fruit kweken! Een moestuin kan bijna overal, groot en klein. Op een hele simpele manier heb je binnen no time verse producten. Je houdt het overzichtelijk door klein te beginnen. Zorg voor een natuurlijke bodem, voldoende water en veel licht en je hebt er het hele seizoen plezier van. Check makkelijkemoestuin.nl voor meer tips!

Tip 5: Ga voor consuminderen en winkel bewust

Je ecologische voetdruk verkleinen begint al in de supermarkt. Zo toont onderzoek aan dat een boodschappenlijstje ervoor zorgt dat je uiteindelijk minder voedsel weggooit. “Mensen die geen boodschappenlijstje gebruiken, verspillen zelfs 40% meer dan gemiddeld.” Bron 

Bijkomend voordeel: je geeft ook minder uit aan dingen die je eigenlijk niet nodig hebt. Daarnaast raden we aan om één keer per week inkopen te doen. Verse producten kun je halen op de dagen dat je ze nodig hebt. Je boodschappen thuis laten bezorgen kan ook een goede oplossing zijn. Dan heb je minder de neiging om die lekkere chips of chocolade óók nog mee te nemen.

Tip 6: Maak je restjes op

Koken op maat, waarbij je vooraf de portiegrootte bepaalt, geeft een goed idee van hoeveel ingrediënten je nodig hebt. Maak je een planning voor de hele week, dan is het vaak zo dat er iets tussenkomt waardoor het toch niet lukt om te koken. Onze tip: plan een of twee dagen niets, zodat je geen voedsel overhoudt aan het eind van de week. Op die dagen maak je de restjes op. Zo blijft je afvalbak ook leger en bespaar je misschien nog kosten.

STV_cb_statisch+jonge+vrouw+warm+je+restjes+op+1-1

Tip 7: Kijk, ruik, proef!

Veel producten hebben twee houdbaarheidsdata: Tenminste Houdbaar Tot (THT) en Te Gebruiken Tot (TGT). THT wil niet zeggen dat het product slecht is, maar dat de kwaliteit niet meer gegarandeerd kan worden. Meestal kun je het gewoon nog consumeren. Staar je niet blind op deze datum. Door te kijken, te ruiken en te proeven voorkom je dat je etenswaren te snel weggooit.

Tip 8: Check to good to go

Too Good To Go is dé app om voedselverspilling tegen te gaan. Via de app kun je een Magic Box, een verrassingspakket met overgebleven eten, voor een paar euro kopen en ophalen bij een uitgekozen winkel in de buurt. Probeer het eens!

Hopelijk heeft dit artikel je aan het denken gezet over voedselverspilling en weet je nu hoe je zelf aan de slag kunt met het verkleinen van je ecologische voetafdruk. Vind je dit thema interessant? Kijk de film Taste the Waste (2010). Zeker een aanrader. 

Ontdek ook wat we in Brunssum allemaal doen tijdens de verspillingsvrije week.

Heb je zelf nog goede tips? Die zijn natuurlijk altijd welkom! Tag: #verspillingsvrij #onsduurzamebrunssum